Na drie dagen Champagne, zijn we doorgereisd naar Pauillac. Pauillac ligt in de Bordeaux-streek, ten noordwesten van de stad Bordeaux. Om hier te komen hebben we vanaf Blaye de veerpont gepakt. We hadden niet gecheckt tot hoe laat deze zou blijven varen, dus toen we rond 17 uur aankwamen en een hele lege aanlegplaats zagen, werden we even zenuwachtig, maar we hadden geluk: 45 minuten later zou de volgende pont vertrekken! We hebben de auto in de daarvoor bestemde rij gezet en om de tijd te doden zijn we bij een Ancienne Gare gaan zitten. Dit is een cafeetje en restaurantje met een terras aan de waterkant. Mocht je in de buurt van Blaye zijn, of zelf de veerpont pakken dan is het echt een aanrader om hier even te gaan zitten. Het is een heel gezellig plekje. De sfeer en inrichting kan ik het beste omschrijven als where-festival-meets-strandtent. De wijntjes die ze schonken waren erg goed, niet duur en ook het eten zag er heerlijk uit! Het was jammer dat de tweede (en laatste) pont pas 3 uur later zou vertrekken, anders waren we zeker wat langer blijven zitten!
Onze B&B bevond zich niet in Pauillac zelf, maar een klein dropje daar onder, namelijk Daubos. We verbleven bij Les Coers de Vignes, een B&B van een gepensioneerd Frans echtpaar. Zelf hebben ze de hele wereld over gereisd en zijn hier nu neergedaald en doen dit echt vanuit hun passie. Les Coers de Vignes ligt tussen de wijngaarden en naast een van de bekendere wijnhuizen van de streek, Pichon Longueville Baron, een prachtig groot château met mooie tuin eromheen. Hier moesten we uiteraard langs om heerlijke wijntjes te proeven. De “instapfles” kost ongeveer €35, maar bij een proeverij krijg je deze niet. Daar gaan ze voor de betere exemplaren tussen de €50 en €120 per fles. Wat leuk was aan deze proeverij is dat ze wijnen laten proeven van een te jong jaar, bijvoorbeeld 2019 en deze vergeleken met wijnen van dezelfde druif die al wat langer gelegen hadden. Wijnen uit de Bordeaux streek moeten (of kunnen) lang staan voor ze volledig op smaak zijn. De tannines uit de Cabernet Sauvignon druiven zijn in jonge wijnen nog erg aanwezig en dat proef je ook: de wijn heeft een wat wrange smaak. Als wijnen langer gelegen hebben, ontwikkelt de smaak en wordt deze voller en ronder. Bij een tweede wijnhuis, Château Fonbadet, deden ze het anders. Hier vergeleken we verschillende combinaties druiven van verschillende wijngaarden. Door deze wijnen naast elkaar te drinken, proef je echt wat de verschillende combinaties druiven doen met de smaak. Door deze verschillende proeverijen, konden we de invloed van verschillende dingen op de smaak van wijn goed vergelijken. Zo proefden we bijvoorbeeld echt wat de weersomstandigheden met een wijn kunnen doen. Wijnen uit goede en zonnige jaren, smaken heel anders dan de wijnen uit bijvoorbeeld 2013 en 2015 (minder zonnige jaren).
Wij zijn met de benenwagen van Daubos naar Pauillac gegaan en hebben onderweg allerlei stops gemaakt bij verschillende châteaus. Omdat de wijnen in deze regio over het algemeen redelijk prijzig zijn, waren we niet van plan om hele dozen mee te nemen. Mocht er echt een betaalbare parel tussen zitten, dan konden we altijd de dag erna nog met de auto lang rijden om een doosje te halen.
De Bordeauxstreek staat bekend om haar geweldige wijnhuizen, een paar van de beste wijnen ter wereld komen hier vandaan. Pauillac zit vol met prachtige châteaus en overal waar je kijkt zie je de wijnvelden. Bij veel van deze châteaus kan je gewoon aanbellen en vragen om een proeverij en rondleiding door de wijnkelders. Als je hier echt wilt inslaan moet je wel een flinke portemonnee mee nemen. De meeste wijnen beginnen zoals gezegd bij een euro of 35. Wij hebben zelfs een wijn van 120 euro per fles geproefd. Nu houden we heel erg van wijn, maar dit ligt wel ietsje boven ons normale budget. Haha. Daarnaast moet je ook geduld hebben, veel van de wijnen moeten nog een aantal jaar liggen voordat ze volledig op smaak zijn (en meestal is nog niet precies bekend wat die smaak gaat worden). Er is zeker ook lekkers voor een goede prijs te vinden, zo hebben wij van Chateau d’Arcin een aantal heerlijke flessen uit 2016 meegenomen (Cru Bourgeois, Haut Médoc). Voorlopig kunnen we dus nog heerlijk nagenieten!
In de buurt
In de omgevingvan Pauillac is ook voldoende te doen, zo hebben wij de auto gepakt en zijn we naar het noordelijkste puntje van de streek gereden. We zijn onderweg gestopt voor heerlijke oesters bij Le Vestiaire. Dit is een eettentje in Le-Verdon-Sur-Mer. Le Vestiaire zit, samen met andere cafeetjes en restaurantjes in een straatje langs een rivier wat zich ‘s avonds ontpopt tot een feest van kleine restaurantjes (die zelf meer op permanente foodtrucks lijken).
Na de oesters zijn we naar de Atlantische kust gereden, naar het plaatsje Saint-Palais-sur-Mer. Het strand dat aan het centrum ligt is erg druk en ingericht op toerisme. Er is op het strand zelfs een IKEA-achtig Kinderparadijs met zwembad, waar ouders hun kinderen naartoe kunnen brengen als ze zelf willen genieten van een paar ongestoorde uurtjes op het strand. Wij houden niet zo van dat soort drukte en gelukkig was er voor ons ook een rustiger alternatief. Als je namelijk langs de kust en over de kliffen loopt kom je vanzelf allemaal kleinere en grotere stranden tegen. Bij een van deze stranden hebben wij ook even onze handdoek uitgelegd. Eigenlijk kunnen we echt niet lang stilzitten en niets doen, maar we hebben het zowaar 2,5 uur volgehouden! Een gezamenlijk record. Als je van plan bent om zelf ook de wandeling langs de kust te maken op zoek naar een wat rustiger strand, is het wel aan te raden om voldoende water en eten mee te nemen. Onderweg kom je namelijk niets tegen en ook aan de stranden zelf zijn geen tentjes waar je even wat kan bestellen (hoewel dat natuurlijk ook gerelateerd kan zijn aan de corona-maatregelen in Frankrijk). Wij gingen zelf redelijk onvoorbereid op pad, maar gelukkig vonden we onder in onze rugzak nog een hele verzameling glutenvrij crackers van Jette.